Een van onze volgers tipte ons dat de Strabrechtse Heide een schitterend wandelgebied is. Eigenlijk is het er ieder seizoen mooi. Maar helemaal vanaf half augustus tot medio september. Dan kleurt het grote heidegebied prachtig paars. Dat wilden we natuurlijk met eigen ogen aanschouwen. En na het lopen van de prachtige heidewandeling bij Heeze kunnen we volmondig beamen: deze Trage Tocht is van begin tot het einde een feest om te lopen. Vennen, zandverstuivingen, bossen, beekdalen liggen allemaal op de route. Dat maakt een wandeling tot een genot van het begin tot het einde. Met als kers op de taart ook nog een kasteel aan het einde van de wandeling. Blijer kun je ons niet maken!
Een vroeg begin van onze heidewandeling bij Heeze
Volgens de weersvoorspellingen wordt het een bijzonder warme dag vandaag. Daarom besluiten we vroeg te starten. Al voor zevenen parkeren we onze auto bij de Natuurpoort. Dat is niet het officiële begin van de heidewandeling bij Heeze. Maar het geeft ons de kans de auto op een schaduwrijk plekje neer te zetten. Zo stappen we niet in een kokend hete auto na afloop. Want warm krijgen we het vanzelf wel vandaag, verwachten we.
Het heidecafé is op dit vroege tijdstip volledig leeg en verlaten. Later op de dag zullen er zeker veel wandelaars en fietsers een plekje zoeken. Het ligt namelijk pal aan de rand van het drukbezochte en grote heidegebied. Direct daarna betreden we de Strabrechtse Heide. Op het eerste stuk komen we nog geen andere wandelaars tegen. Toch hebben we de natuur niet voor ons alleen. Diverse fietsforenzen zoeven langs op hun elektrische fiets, op weg naar kantoor. De prachtige omgeving vliegt aan hen voorbij, zonder dat ze er oog op hebben. Als je iedere dag via zo’n route naar kantoor mag, wordt het zeker gewoon. Voor ons is dat niet het geval. We genieten van de laagstaande zon die voor fraaie tinten zorgt in het paarse landschap.
De Strabrechtse Heide
We wandelen over lange en rechte zandwegen langs de heide. Het geeft ons het gevoel dat we op een onmetelijke heidevlakte zijn beland. Kijkend op de plattegrond zien we dat dit heidegebied inderdaad erg groot is. Rond 1900 zagen grote delen van Noord-Brabant er zo uit. Vlakbij de beekdalen was wat bebouwing. Het land daartussen was een eindeloze woestenij met heide, vennen en kleine bosjes. Daarom legden de boeren rechte zandwegen aan. Zo konden ze snel dit woeste gebied doorkruisen. Op die rechte landwegen lopen we een groot deel van de route. Het mulle zand maakt het zwaar. Vandaar dat we regelmatig overstappen op een naastgelegen fietspad. Nu het nog rustig is, lopen we daar wat gemakkelijker.
We zien dat de heide het zwaar heeft dit jaar. De enorme droogte waarmee we te kampen hebben, eist zijn tol in de natuur. De heide bloeit minder uitbundig paars dan andere jaren. Daarnaast zijn veel heideplanten door de droogte verdord. Vooral de dopheide gedijt juist bij vochtige omstandigheden. Die zijn er helaas dit jaar niet echt. De struikheide kan daarentegen wel beter tegen de droogte.
Gras overwoekert de heide op veel plekken. De Kempische heideschapen kunnen daarom flink aan de bak. Dit schapenras is speciaal aangepast aan de schrale leefomstandigheden in deze regio. De kudde is zo’n 350 schapen groot. We komen de herder en zijn schapen jammer genoeg niet tegen vandaag. Want zo’n ontmoeting blijft altijd bijzonder.
Nat, droger, droogst
Na een tijdje bereiken we het Kiezelven. Een lieflijke plek waar een enorme serene rust hangt. De bomen weerspiegelen prachtig in het rimpelloze water. Op het bankje voor de plas drinken we een bakje koffie. We zien libellen en een zilverreiger die wegvliegt, geschrokken van onze komst. Verder is het muisstil. Maar die stilte duurt niet lang. Een hondenbezitter met twee viervoeters nadert de plas. De honden springen gelijk het water in, een heerlijke afkoeling voor hen. Met veel geblaf en gespring rennen ze door het water. Uitbundig komen ze zich bij ons uitschudden. Daar hadden we niet om gevraagd!
Iets verderop bereiken we een groot stuifzandgebied. Het is op deze plek gortdroog. Verdorde bomen geven het landschap een bijzondere aanblik. Daarachter ligt een immense grasvlakte. We wanen ons bijna op een Afrikaanse savanne, daar heeft de vlakte veel van weg. We zien nog net niet een giraffe blad van de boom plukken of een kudde zebra’s de vlakte doorkruisen. Wel komen twee ruiters voorbij door het hoge gras. Dat levert ook een mooi plaatje op.
Weer een stuk verder ligt het grote Waschven. De plas is volledig drooggevallen. Er staat geen druppel water meer in. Normaal gesproken vliegen op deze plek de watervogels af en aan. Maar ze hebben nu hun heil ergens anders gezocht. Andere vennen komen we tijdens onze heidewandeling bij Heeze niet meer tegen. De Strabrechtse Heide heeft er veel. Zo ligt er het Beuven. Dit is het allergrootste ven van het gebied, zelfs van heel Nederland. Het heeft een oppervlakte van maar liefst 85 hectare. Hopelijk bevat die nog water, want het is een belangrijk gebied voor vogels, insecten en amfibieën.
Herbertusbossen
Ondanks dat we vroeg vertrokken zijn, voelen we de hitte flink. Het zweet druppelt al van ons voorhoofd. We vinden het daarom niet erg dat we de grote open vlakte van de Strabrechtse Heide langzaam achter ons laten.
Want we bereiken de Herbertusbossen, vernoemd naar kasteelheer Herbertus van Heeze. We lopen over lange lanen. De kaarsrechte paden staan keurig haaks op elkaar. Dat was in de 18e eeuw de mode van een landgoedbos in Franse stijl.
Maar iets verderop verlaten we de rechte lanen. We slingeren door bospaadjes tussen rododendrons, eiken en beuken. Dit deel van het bos is aangelegd volgens de Engelse landschapsstijl. En die is wat natuurlijker, met veel variatie en gekronkel. Die stijl spreekt ons meer aan, het voelt natuurlijker. Aan de bosranden hebben we zicht op kleine weilanden. Ook lopen we een tijdje langs de meanderende Sterkselse Aa. We hoeven niet bang te zijn dat het riviertje buiten zijn oevers treedt. Het waterpeil is bijzonder laag.
Kasteel Heeze
We bereiken de slotgracht van kasteel Heeze. Door de bomen kunnen we al een glimp opvangen van het kasteel. In het bos verscholen ligt de ijsgrot van het kasteel. Het ijs uit de slotgracht werd hierin bewaard. De ijsblokken dienden als koeling in de keuken van het kasteel voor het vlees en het geschoten wild.
Het kasteel bestaat uit twee delen. De achterzijde is gebouwd op de resten van het middeleeuwse slot Eymerick. In de 17e eeuw verrees een nieuw deel aan de voorzijde. Dat is het deel dat we bij onze wandeling kunnen zien. Want helaas mogen we wegens werkzaamheden niet om het kasteel wandelen. Maar het imposante hoofdgebouw en de grote oprijlaan zijn zeker de moeite waard. Het kasteel is al drie eeuwen in het bezit van dezelfde familie.
Vanaf het kasteel lopen we de oprijlaan af naar de uitgang. Daar kunnen we de grote duiventoren niet missen. Een duiventoren stond vroeger vaker bij kastelen. Het was een teken van rijkdom die af te lezen was aan het aantal duiven. Kasteelheren mochten één koppel duiven houden per hectare grond dat ze bezaten. Deze duiventoren bij het kasteel Heeze is een van de weinige die nog behouden zijn gebleven in ons land.
Rulse Laarzenpad
Vanaf het kasteel bereiken het officiële startpunt van de heidewandeling bij Heeze. Voor ons betekent dit nog een klein stukje doorlopen. Dat is helemaal geen straf. We verlaten direct het nog rustige centrum van Heeze. Daarna lopen we verder over een zandweg tussen diverse paardenweiden door. De paarden daar vinden ons interessant. Bij iedere wei lopen ze enthousiast met ons mee. Dan betreden we het fraaie beekdal van de Kleine Dommel. In de buurt staat dit riviertje bekend als de Rul.
Wij lopen over het Rulse laarzenpad door het beekdal. Het kan op dit deel behoorlijk nat zijn. Grondwater komt bij de beek regelmatig omhoog. Daar is nu geen sprake van. Toch is het gras op de smalle en bochtige paadjes nog erg vochtig, zelfs bij dit weer. Tweemaal steken we de Kleine Dommel over. Hier staat gelukkig nog wel aardig wat water in. Verder slingeren we door dichtbegroeide paden door het beekdal. Met onze korte broeken aan is het op enkele stukken lastig lopen tussen de voortwoekerende brandnetels. Gelukkig bereiken we zonder al te veel problemen het brede zandpad.
Terug van onze heidewandeling bij Heeze
Niet veel later bereiken we onze parkeerplaats weer. De auto staat moederziel alleen in een schaduwrijke hoek. Hij voelt gelukkig lekker koel aan. Verderop staan veel auto’s geparkeerd in de brandende zon. Die wandelaars zullen later op de dag instappen in een ware sauna.
Wij sluiten onze heidewandeling bij Heeze af met een verkoelend drankje bij het heidecafé. Inmiddels is het daar gezellig druk geworden op het schaduwrijke terras. We kunnen terugkijken op een prachtige wandeling. De Strabrechtse Heide is een geweldig mooi natuurgebied. De afwisseling van heide met bos, zandverstuivingen en natte beekdalen maakt deze heidewandeling bij Heeze zo bijzonder. Niet in de laatste plaats omdat er ook nog een fraai kasteel op de route ligt. We hopen dat we meer van dit soort geweldige tips krijgen van onze volgers!
Alle informatie over de heidewandeling bij Heeze
Deze wandeling is 15 kilometer lang. Bijna de hele wandeling loop je over onverharde paden. Na een periode van langdurige regen zijn de graspaden bij het begin en het einde flink drassig. Het stuk langs de Kleine Dommel kan zelfs onbegaanbaar zijn na veel regen. De routebeschrijving geeft een alternatief in dit geval.
Dit is een zogenaamde Trage Tocht. Deze wandelingen beschikken over een uitstekende routebeschrijving. Op de website van Wandelzoekpagina vind je de routebeschrijving en een gps-track. Die laatste heb je eigenlijk niet nodig, want de aanwijzingen in de routebeschrijving zijn glashelder.
Bij het startpunt van de route zijn parkeervakken aan de straat. Ook is daar een kleine parkeerplaats (Kapelstraat Heeze). In het centrum zijn de plekken snel vol. Er is ook een grote parkeerplaats bij Natuurpoort De Plaetse. Je start de route dan bij punt 3 in de routebeschrijving. Die parkeerplaats is erg druk in het weekend.
Heeze heeft een NS-station. Vanaf het station is het nog een kilometer lopen naar het beginpunt van de wandeling (via de Irenelaan, Julianalaan en St. Nicolaasstraat).
De wandeling start officieel bij tapperij De Zwaan in Heeze. In de buurt zijn overigens nog enkele gelegenheden voor een hapje en een drankje.
Bij de ingang van de Strabrechtse heide ligt heidecafé de Strabrechtse Heide. Daarna kom je tot het einde niets meer tegen. Neem bij warm weer daarom voldoende drinken mee. Omdat je een groot deel van de wandeling onbeschut in volle zon loopt (als het mooi weer is natuurlijk), is een petje geen overbodige luxe.
Trage Tochten zijn wandelroutes voor liefhebbers van onverhard wandelen. De routes gaan voor minimaal 70% over onverharde paden. Ze voeren door een afwisselend landschap, vaak boerenland en natuur. Trage Tochten lopen vaak over rustige paden, ook in drukke wandelgebieden. Het zijn rondwandelingen tussen gemiddeld 5 en 22 kilometer.
Op de website van Wandelzoekpagina kun je uitgebreid zoeken naar alle Trage Tochten. Er staan er meer dan 600 op, verspreid over het hele land. Iedere wandeling heeft een goede routebeschrijving en een gps-track.
Eigenlijk zijn alle Trage Tochten de moeite waard. Wij hebben nog nooit een Trage Tocht gelopen die ons niet beviel. De reacties van wandelaars bij iedere Trage Tocht op Wandelzoekpagina zijn bijna altijd erg positief. Als we dan toch een paar uitzonderlijk mooie moeten noemen, dan springen deze Trage Tochten eruit: