De Duitse stad Trier is prachtig gelegen aan de oevers van de romantische Moezel. En: het is de oudste stad van Duitsland. De vele prachtige Romeinse overblijfselen herinneren aan lang vervlogen tijden. Het gezellige stadscentrum met vele terrassen en leuke pleintjes geeft Trier een relaxte sfeer. Wij waren aangenaam verrast over de stad en de vele bezienswaardigheden. Daarom is Trier een geweldige bestemming voor een lekker lang weekend weg.
Trier, de tweede Romeinse hoofdstad
In het Moezeldal rondom Trier bestonden al ver voor de Romeinse tijd diverse nederzettingen. Sommige dateren zelfs uit 3000 voor Christus. Tijdens het Romeinse Rijk had Trier een enorme bloeiperiode. Eerst werd het een belangrijk provinciaal centrum. Later werd het de Romeinse, keizerlijke residentie. Trier, of “Treveris” zoals de Romeinen de stad noemden, werd zelfs de hoofdstad van het westelijk deel van het Romeinse rijk. De bijnaam van de stad was niet voor niets “Roma Secunda, oftewel het tweede Rome. Hier dankt Trier de vele prachtige Romeinse bouwwerken aan.
De hoogtepunten van Trier
Het zal je niet verbazen dat de bezienswaardigheden uit de Romeinse tijd tot de hoogtepunten van de stad behoren. Maar daarnaast heeft Trier nog andere plekken die je zeker niet mag overslaan. Dit is onze top 10 van hoogtepunten in Trier:
Porta Nigra
Het immense bouwwerk is een van de best bewaarde stadspoorten ten noorden van de Alpen. Hij is maar liefst 36 meter breed en zo’n 30 meter hoog. De naam dankt hij aan de verkleuring van het zandsteen door de eeuwen heen. De oorspronkelijke gele kleur veranderde namelijk geleidelijk in zwart.
Wij hadden het geluk om de Porta Nigra te bezoeken op een rustig moment. Zo konden we ongestoord genieten van de drie verdiepingen en de verschillende ruimtes. We waanden ons Romeinse ridders die de stad verdedigden tegen invallen. Daarnaast was ook het uitzicht op het centrum van de stad verbluffend.
Dom van Trier
De Dom van Trier is indrukwekkend door zijn enorme omvang. Maar vroeger was hij zelfs tweemaal zo groot. Er zou een enorm complex hebben gestaan met maar liefst vier basilieken. Onderling waren deze verbonden met een gangenstelsel. Niet voor niets staat deze kerk sinds 1986 op de werelderfgoedlijst van UNESCO.
Al in de Romeinse tijd stond op deze plek een basiliek die later uitgroeide tot de huidige Dom. Daarmee is dit de oudste kerk van Duitsland. Zowel binnen als buiten is de kerk een lust voor het oog. Loop zeker ook via de prachtige kruisgangen naar de binnentuin. Hier heb je een mooi overzicht op het bouwwerk.
Onze-Lieve-Vrouwekerk
Pal naast de Dom ligt de Onze-Lieve-Vrouwekerk. Via de binnentuin zijn ze met elkaar verbonden. Het is de oudste gotische kerk van het land. De kerk is gebouwd in de vorm van een Grieks kruis. Opvallend is het prachtige westportaal met de fraaie decoraties. Binnen valt op dat er een heel andere sfeer hangt dan in de Dom. Het is hier veel intiemer.
Basiliek van Constantijn
De Basiliek van Constantijn is een enorm gebouw. Het diende ooit als paleis van Constantijn de Grote. Bij het ontwerp wilde men de macht en de grootsheid van de Romeinse keizer uitstralen. Dat is zeker gelukt. Want zelfs in onze tijd valt de enorme omvang van dit bouwwerk direct op. Net als de strakke vormgeving. De basiliek is de grootste intact gebleven ruimte uit de Romeinse oudheid. Groter dan bijvoorbeeld het Pantheon in Rome.
Binnen verwonderen we ons over de sobere, bijna kale inrichting van de basiliek. Maar dat geeft een zeer bijzondere sfeer. Hoewel het gebouw indertijd niet als kerk is ontworpen, heeft hij die functie nu wel. Ooit stonden in de kerk vijf grote beelden van Jezus en zijn vier evangelisten. Hiervan zijn alleen de hoofden bewaard gebleven.
Hauptmarkt
Het bruisende centrum van de stad is de gezellige Hauptmarkt. Het plein behoort tot de mooiste stadspleinen van Duitsland. Rondom de markt staan de meest prachtige huizen. Het valt ons op dat er bijna geen vakwerkhuizen staan, toch typisch Duits. Wat blijkt? De inwoners gebruikten eeuwen geleden gewoon de stenen van de Romeinse overblijfselen. Zo konden ze stenen huizen bouwen. Daarom hoefden ze geen gebruik te maken van hout en leem, wat een teken van armoede was.
Midden op het plein staat het marktkruis. Dat is een teken dat Trier marktrechten heeft. Het origineel dateert uit 985. Die is elders in het stadsmuseum te bewonderen. Dit is een replica. Op het “rode huis” aan het Marktplein staat een tekst in het Romeins. Vrij vertaald is dat: Al 1300 jaar voordat Rome bestond, was Trier er al.
Kaiserthermen
Dit keizerlijke badhuis is nooit afgebouwd. Het badhuis moest het mooiste en grootste van de stad worden. Toen keizer Constantijn de Grote zijn aandacht meer op het oostelijk deel van het Romeinse rijk richtte, besloot men het badhuis niet af te maken. Later kreeg het een andere functie als ontvangsthal voor keizer Valentianus. Het gangenstelsel onder het badhuis werd gebruikt om het water te verwarmen en voor de vloerverwarming. Het is absoluut interessant om het grote gangenstelsel te bekijken.
Romeins amfitheater
In de Romeinse tijd was het theater een deel van de stadsmuur rondom Trier. Het was tegelijkertijd de oostelijke toegangspoort tot de stad. Van het amfitheater is niet veel bewaard gebleven. Vooral hier haalden de lokale inwoners hun bouwmaterialen vandaan om huizen te bouwen. Toch is het zeker de moeite waard om het amfitheater te bezoeken. Laat je fantasie de vrije loop en verbeeld je hoe de gladiatoren en de wilde dieren de arena betraden. Het theater zat bij evenementen altijd helemaal vol met zo’n 16.000 toeschouwers.
Wijncultuurpad
De Romeinen wisten het al: de hellingen rondom de Moezel zijn ideaal voor de wijnbouw. Ook op dit gebied is Trier de stad met de langste historie. Maar zelfs nu geldt Trier als een van de belangrijkste Duitse steden voor de wijnbouw. In de stad kun je overal bij een gezellige weinstube de lekkerste Moezelwijn drinken.
Voor de wijnliefhebbers is een wandeling langs het wijncultuurpad een mooi uitje. Onderweg zie je de mooiste wijngaarden liggen. Daarnaast krijg je veel informatie over druivensoorten, het oogsten van de druiven en het rijpen van de wijn. Extra bonus: de uitzichten op de stad Trier vanaf de hellingen zijn fenomenaal! De wandeling is bijna twee kilometer lang en start vlakbij het Amfitheater, richting de Petrisberg.
Rheinisches Landesmuseum
Het Rheinisches Landesmuseum is een van de belangrijkste archeologische musea van Duitsland. Vanzelfsprekend heeft het museum een uitgebreide collectie uit de Romeinse periode. Zoals vele imposante Romeinse grafmonumenten. Maar ook de prehistorie en de middeleeuwen komen ruim aan bod.
Het museum toont een grote mozaïekverzameling. Daarnaast heeft het museum de grootste schat ter wereld in de collectie: meer dan 2500 Romeinse gouden munten. Bijna 20 kilo weegt de gouden schat.
Andere bezienswaardigheden van Trier
Maar naast deze hoogtepunten zijn er nog genoeg andere bezienswaardigheden in Trier. Je kunt je hier makkelijk een lang weekend goed vermaken. Denk bijvoorbeeld aan:
- Rondvaart over de Moezel. Vaar bijvoorbeeld naar het romantische Cochem.
- De Römerbrücke en de oevers van de Moezel. Langs de oevers staan bijzondere kranen.
- De Benedictijnerabdij Sint-Matthias. Met als bijzonderheid het graf van apostel Matthias.
- Het keurvorstelijk paleis met de fraaie beeldentuin.
- Het Karl Marxhuis. De schrijver van “Das Kapital” werd geboren in Trier.
- Stadsmuseum Simeonstift. Met daarin onder andere het originele Marktkruis.
- Barbarathermen en Thermen am Viehmarkt. Deze badhuizen zijn wel afgemaakt en gebruikt door de Romeinen.
- De gezellige winkelstraten rondom de Hauptmarkt.
Kortom: in Trier kun je je uitstekend vermaken. Wij hebben in ieder geval genoten van een heerlijke tijd in de oudste stad van Duitsland.
Trier bezoeken: praktische informatie
Met onze tips vind je makkelijk je weg naar en in Trier:
Reizen naar Trier
Met de auto is het vanaf Utrecht zo’n 350 kilometer rijden naar Trier. Met de trein is milieuvriendelijker en relaxter. Daarnaast voert de route vanaf Koblenz tot Trier langs de Moezel. Een prachtig landschap trekt zo aan je voorbij. Met de trein doe je er zo’n zes uur over vanaf Utrecht.
Vervoer in de stad
In de stad kun je je prima lopend verplaatsen. De meeste bezienswaardigheden zijn dichtbij. Alleen het amfitheater en het wijncultuurpad liggen wat verder weg. Hiervoor kun je het beste de bus nemen. Een vierrittenkaart kost € 9. Maak je veel gebruik van het openbaar vervoer? Schaf dan de Triercard aan voor € 15 per persoon. Hiermee reis je gratis in het openbaar vervoer.
Eten en drinken in Trier
Er zijn veel restaurants in Trier in alle prijsklassen. In het weekend is het aan te bevelen om vooraf te reserveren. Wij hadden dat niet gedaan. Maar we kwamen er wel achter dat onze voorkeuren allemaal bezet waren. Daarom weken wij uit naar Brasserie zur Sim. En dat was geen straf. Lekker eten, een super vriendelijke bediening en correcte prijzen. Met als gratis extraatje het prachtige uitzicht op de Porta Nigra vanaf het terras.
Een prachtige plek voor een lunch, borrel of eenvoudig diner is Weinstube Kesselstatt. Direct tegenover de Onze-Lieve-Vrouwekerk gelegen met een fraai terras. Vrijdagavond is dit de plek voor de inwoners om de werkweek af te sluiten. Nadeel is dat het zelfbediening is. Je moet eten en drinken binnen bestellen. Hapjes worden wel uitgeserveerd.
De regio is bekend om de lekkerste Moezelwijnen. Een mooie plek om deze te proeven is de wijnstand op de Hauptmarkt. De wijnboeren uit de streek schenken hier hun beste wijnen. De lokale bevolking gebruikt dit als borrellocatie om bij te kletsen met hun vrienden.
Overnachten in Trier
In Trier is voldoende accommodatie te vinden in en rond het centrum. Van kleine pensions tot luxe hotels. Dit is het aanbod van hotels in Trier.
Wij overnachtten zelf wat verder van het centrum in hotel Schütz. Een traditioneel Duits hotel met een standaardinrichting. Niet duur en goede bedden, prima douche en een uitgebreid ontbijtbuffet. We konden hier de auto gratis overdekt parkeren. Met de bus waren we in 20 minuten bij de Porta Nigra.
